TWELVE CONCEPTS
MENU

INTERNATIONALE UNIVERSELE VERKLARING VAN
DE INDIVIDUELE RECHTEN VAN IEDER MENS

GRONDBEGINSELEN

Ieder mens – vrouw, man, kind – heeft onvervreemdbare, individuele rechten als basis voor individuele vrijheid, rechtvaardigheid en ontwikkeling. Het negeren of met voeten treden van deze rechten kan worden beschouwd als onmenselijk, als een mis-daad tegen de menselijkheid. De individuele rechten van de mens gelden voor alle individuele mensen van alle nationaliteiten, alle religies en levensbeschouwingen en alle rassen.

[vervolg]

  1. Ieder individueel mens heeft het recht om de Ander die in haar/zijn land verblijft te vragen voor haar/hem werk te verrichten.
  2. Ieder individueel mens heeft het recht om de Ander die in haar/zijn land verblijft op diens verzoek werk te laten verrichten.
  3. Ieder individueel mens heeft het recht de Ander de mogelijkheid te bieden zich een gekozen beroep eigen te maken, zich daarin te ontwikkelen en haar/hem bij het leer- en ontwikkelingsproces te begeleiden.
  4. Ieder individueel mens heeft het recht de Ander de mogelijkheid te bieden een ander beroep te kiezen, zich daarin te ontwikkelen en haar/hem te begeleiden bij het leer- en ontwikkelingsproces voor het andere beroep.
  5. Ieder individueel mens heeft het recht om het werkaanbod dat hij/zij de Ander heeft gedaan in te trekken en de aangeboden werkzaamheden te doen beëindigen.
  6. Ieder individueel mens heeft het recht om de Ander datgene te betalen wat de Ander in staat stelt de overeengekomen werkzaamheden te (blijven) verrichten.
  7. Ieder individueel mens heeft het recht om met de Ander voorzieningen te treffen die het de Ander mogelijk maken om in haar/zijn levensonderhoud te blijven voorzien als de werkzaamheden die de Ander heeft verricht, zijn beëindigd en de Ander geen aansluitend werk heeft gevonden.
  8. Ieder individueel mens heeft het recht om bij te dragen aan voorzieningen voor de Ander in het geval van diens werkloosheid of arbeidsongeschiktheid.
  9. Ieder individueel mens heeft het recht om onderscheid te erkennen tussen Anderen naar gelang de verantwoordelijkheid die de Ander kan en/of wil dragen.
  10. Ieder individueel mens heeft het recht om onderscheid te erkennen tussen Anderen naar gelang de sociale vaardigheid van de Ander.
  11. Ieder individueel mens heeft het recht om onderscheid te erkennen tussen Anderen naar gelang de creativiteit en praktische vaardigheden van de Ander.
  12. Ieder individueel mens heeft het recht om zich alleen of met de Ander in te zetten voor het creëren van ruimte in de werksituatie van de Ander voor haar/zijn ontwikkeling als individueel mens of tot individueel mens.

Mr P.J. de Bruin, Jan Pieter de Kok, 29 September 2019

 



'Kiss of the Spiderwoman'
Jan Pieter de Kok
Aquarel & acryl, 2019