- Liefde voor het denken, voor de verscheidenheid van gedachten.
David Hume, Immanuel Kant. - Liefde voor het voelen, voor alle gradaties van het voelen.
Emmanuel Levinas, Leszek Kolakowski. - Liefde voor het willen, voor alle richtingen van de wil.
Arthur Schopenhauer, Aleister Crowley. - Liefde voor het ik, ook voor dat van de Ander.
Christian Rosencreutz, Carl Gustav Jung. - Liefde voor de mede-mens, in haar of zijn totaliteit.
Parzival, Feirifis. - Liefde voor de dieren, nu en in de toekomst.
Franciscus van Assisi, Martha Nussbaum. - Liefde voor de planten en wat zij de mensheid schenken.
Johann Wolfgang von Goethe, Alexander von Humboldt. - Liefde voor de mineralen en hun geheimen.
Albertus Magnus, Theophrastus Paracelsus. - Liefde voor de aarde en haar planeetlogos, Christus Jezus.
Mani, Rudolf Steiner. - Liefde voor de macrocosmos, de planeten.
Tycho Brahe, Johannes Kepler. - Liefde voor de geestelijke werelden en de hiërarchieën.
Appolonius van Tyana, Dionyssios de Areopagiet. - Liefde voor de goden, van alle volkeren, in alle tijden.
Socrates, Miriam van Magdala.
De levens van de verschillende individualiteiten zijn voorbeelden
van de genoemde aspecten.
Liebt das Böse gut. - Christian Morgenstern
Jan Pieter de Kok, 29-09-2008